Zaterdag 11 Maart. Bezoek aan Stellenbosch en zijn Botanische Tuin.

Als we aan dez ontbijttafel komen heeft Herman reeds zijn queen gevonden.

Het ontbijt is hier altijd lekker. We herinneren ons nog dat we drie jaar geleden in Stellenbosch een zaterdagse slow market bezocht hebben. Stellenbosch is maar een boogscheut van Paarl verwijderd, dus beslissen we daarheen te gaan. Op facebook vinden we nog wat uitleg en een foto.

De Slowmarket Stellenbosch is de afgelopen 13 jaar uitgegroeid tot een openbare instelling en een favoriete attractie voor toeristen en de lokale bevolking. De originele gastronomische markt in Stellenbosch heeft het leven van veel kleine ondernemers beïnvloed. Wanneer de opbouwploegen op zaterdagochtend bij zonsopgang vertrekken, pikken handelaren met plezier gesprekken op die overblijven van de week ervoor en zetten ze haastig hun kraampjes op, in afwachting van een drukke dag. Elke zaterdagochtend, bij regen of zonneschijn, kondigt de oude slavenbel het begin van de markt aan, en op magische wijze zullen de Oude Libertas tot leven komen met beschermheren.
De Slow foodies komen vroeg met hun manden en vullen ze met biologische groenten, ambachtelijke kazen, lokale aardbeien en Colleen’s met de hand grootgebrachte kippen. Ze zullen snel vertrekken voordat de drukte arriveert.
Dan staat het ontbijtpubliek op en slentert door de kraampjes, met een cappuccino in de hand, en stopt bij de bakkerij van Fritz Schoon voor een croissant, niet in staat om de warme verleiding te weerstaan. De beroemde charcuterie van Willem Viljoen en de Stokkiesdraai biltong van Sam zullen hongerige die-hards verwelkomen. De muzikanten komen aan en beginnen hun instrumenten te stemmen, terwijl ze graag koffie accepteren van Roma, onze engelenmarktmanager. De rijen beginnen zich te vormen voor Arnim’s Duitse wafelkraam en Elke zal glimlachend heerlijke taarten inpakken voor blije klanten.

Vol van blijde verwachtingen rijden we er heen. Als we eraan komen worden die verwachtingen echter snel de kop ingedrukt. SINDS CORONA IS DE SLOW MARKRT NIET MEER HERVAT. We zijn eraan voor ons moeite.

Dan maar overgestapt naar een tweede optie. De Botanische Tuin van de Universiteit van Stellenbosch, gelegen in het historische centrum van Stellenbosch. Dit is de oudste botanische tuin van Zuid-Afrika. Deze compacte tuin herbergt een enorme diversiteit aan planten, zowel inheems als exotisch, terwijl het Katjiepiering Restaurant een perfecte plek biedt om uit te rusten en te genieten van de tuin.

Overweldigend wat we hier allemaal te zien krijgen. Zowel in de serres als er buiten.

Elk plantje heeft zijn naamplaatje.

Deze doen denken aan bakvormen.

En dat is Hilde in een bakwagen.

Dit zou kunnen een moderne schilderij zijn.

Cactussen in alle maten en kleuren…

Twee gewone en één vetplantje.

Ook weer iets heel speciaals.

Deze heeft ook zijn naamkaartje.

Wij tussen de muurplantjes…

Bijna middag en we gaan een verfrissingske opdoen in de tea garden van de tuin. Achter ons zit er een grote groep, en dat schijnt een verjaardagsfeestje te zijn. En voor ons zit nog een grotere groep. Dat zou de after party van een begrafenis zijn.

Wij laten het niet aan ons hart komen. Het apérootje doet deugd.

Voor het middagmaal trekken we naar de Fat Butscher, in het centrum van Stellenbosch. Gekend als het beste vleesrestaurant uit de streek.

Een kelner komt ons aan tafel de verschillende soorten vlees presenteren.

Bij elke soort een halve bladzijde uitleg.

En op de onderlegger komt er ook nog wat informatie bij.

Die fillet is inderdaad onverbeterlijk.

Voor de rest van de namiddag binden we de koe de bel aan, en we houden ons gedeisd voor de rest van de namiddag.

Rond 19 u gaan we toch nog het stad in op zoek naar een glaasje. Eten hoeft niet meer. We belanden in een soort bruine café, en zijn er bijna de enige klanten. Een half uurtje later trekken we terug naar onze B&B, en naar onze bedstee.