Het is maandagmorgen, en in België is het krokusverlof afgelopen. Vlug nog een Face Time met zoon Mehdi en kleinzoon Julien.
Julien is met zijn Papa op weg naar het internaat. Maar hij ziet het blijkbaar wel zitten. Hij weet een heleboel nieuwsjes te vertellen over het voorbije verlof.
Omdat we ons slechts 50 kilometer moeten verplaatsen en omdat de winkels en galerijen gisteren gesloten waren wegens zondag, besluiten we om eerst nog even het centrum van Knysna af te schuimen.Kiezen is soms moeilijk…
“Zie je mij al lopen in deze peignoir” schijnt Dominique te vragen.
In één van de kunstgalerijen ontdekken we een pin-up schilderij, gemaakt door Marinda Combrincks, de artieste uit Calitzdorp die voor ons reeds een paar schilderijtjes maakte.
In het volgend galerijtje is er een “vingerschilderaar” aan het werk. De man maakt mooie kunstwerkjes, en laat zijn vingers het werk doen van de penselen.
In één van die winkelgalerijen slenteren twee pottenverkoopsters. Zij proberen ons zo’n pot aan de man of vrouw te brengen, maar wij wuiven dit weg wegens plaatsgebrek in onze bagage. Voor enkele Randen zijn ze wel bereid te poseren voor de foto.
Schouny is haar naam, en ze beweert dat het streepje bovenaan haar neus niets te maken heeft met het dagelijks urenlang torsen van die koopwaar op haar hoofd.
We rijden Knysna buiten richting Plettenberg. Passeren we daar nu wel een constructiewerkplaats van catamarans. Je weet wel… boten op twee vloten. En dat is nu wel Luc zijn dada. We hebben tijd zat, dus maken we hier een stop.
Luc trekt zijn stoutste schoenen aan (sandalen maat 42) en trekt het openstaand bureel binnen. Na seconden komt hij teken doen dat we allemaal binnen mogen.
Is wel impressionant de constructie van zo’n schip.
Hier worden jaarlijks drie dergelijke boten vervaardigd. De verantwoordelijke chef overstelpt ons met een resem technische details, waar ikzelf niet te veel van begrijp. Luc schijnbaar wel.
Inderdaad, Luc kan al overnemen om op bepaalde details te wijzen.
Intussen is Hilde reeds stage aan het volgen als poetsmeisje. Ze hanteert de struisvogelmoffer. Met een flegma alsof ze dat haar hele leven deed.
Dominique beschikt op haar I-Pad over een speciale app waarmee ze in een mum van tijd een compositie van verschillende foto’s kan maken. Hetgeen ze hier demonstreert met een compositie over ons bezoek aan dit atelier.
Rondrit afgelopen; we zetten koers naar Plettenberg. We maken nog een stop aan “Old Nick”, een kleine nederzetting waar een tiental winkeltjes, een cafetaria en een weverijtje gevestigd zijn. En vooral dit laatste interesseert mij wel.
Maar wat blijkt? Het kleine oude weverijtje van voorheen is volledig afgebroken. In plaats daarvan staat nu een groot prachtig gebouw met een moderne weverij en een confectie atelier. Rondom het gebouw een prachtige vijver.
De lelies en hun blaadjes zijn op sommige plaatsen echte kunstwerkjes.
Een ganse batterij moderne weefmachines, in een prachtig modern nieuw gebouw.
De drie oude schietspoelgetouwen uit het vorige gebouw werden ook nog mee getransfereerd. En werken nog ook.
Waar is de tijd?… Intussen ook al vijftien jaar geleden.
Hier weven ze vooral linnen voor handdoeken en tafellinnen.
In tegenstelling met het oude weverijtje kunnen we nu niet meer tussen de machines laveren. Maar vanop een loopplatform heeft men een mooi zicht op het atelier. Zeker als de ramen dan nog open staan ook.
De weefsels die in de weverij vervaardigd worden verhuizen nu naar het aanpalend confectie atelier. Ook al in volledige nieuwbouw. Hier worden ze versneden en afgewerkt tot tafellopers, tafelkleden, servetten en noem maar op.
In de tuin staat nog steeds een zitbank, vervaardigd uit een oud weefgetouw. Traditiegetrouw wil ik vanop deze bank mijn jaarlijkse foto.
We trekken nu naar het wijndomein Bramon, een tiental kilometer buiten Plettenberg. Hier kan je kleine hapjes bestellen, al naar gelang je hongerig bent. Eén, twee, drie of vier… je kiest maar. En de hapjes worden aangevuld met nog warm ovenvers gebakken brood met dikkorrelig zeezout.
Jammer genoeg zit de keet bijna vol. We hebben niet gereserveerd, dus moeten we het stellen met een tafeltje binnen. Dat is dan zonder de charme van de wijnranken waartussen je anders zit. Maar we laten het niet aan ons hart komen en ’t is toch lekker.
Hierna slaan we de weg in naar onze vertrouwde B&B “Bitou River Lodge”. Een adresje van jaren met de lieftallige uitbaatster Sue. Hier zullen we vier nachten verblijven.
Sue als naar gewoonte super vriendelijk en lief.
Leuke kamer met zicht op de prachtige tuin.
Eenmaal uitgezakt en uitgepakt gaan we op verkenning naar een tweetal nieuwe adresjes die we van Sue toegestopt kregen. We startenbij “Sky Villa Boutique Hotel”. Het hotel is slechts open sinds begin december 2017, een paar maand geleden dus.
Bij het betreden van de hall worden we al overweldigd door de pracht, de praal en de luxe.
Van in deze hall kan je door een glazen vloer in de wijnkelder kijken.
Eenmaal buiten hebben we een 360 graden uitzicht op de oceaan en de Keurbooms-lagune.
We installeren ons, en de kelner komt ons apéritief opnemen. We vragen ook de menukaart, maar dat is zonder de waard gerekend. Voorlopig is het restaurant alleen maar open voor de hotelgasten. We voelen direct dat aandringen geen zin heeft. We houden het dus bij het apérootje en druipen af.
In het donker is de tuin als het ware nog feeërieker.
Tweede optie voor vanavond is “The bungalow”, en dit restaurant mag er ook wezen. Maar we moeten wel vlug zijn, want binnen een half uurtje sluit de keuken. We houden het sober en licht… de ene een halve pizza, de anderen scampi’s. Meer moet dat niet zijn. Tegen 22u30 zitten we onder de lakens. Tot morgen…