
Aan keuzes voor het ontbijt zal het hier op het 19e verdiep van de Westin zeker niet ontbreken.

We plannen om vandaag een tour rond Cape-Town te maken met de hop-on hop-off bus. Opstappen waar je wil, afstappen waar je wil en terug opstappen waar je wil. Om de 10 à 15 minuten komt er zo eentje langs aan alle opstapplaatsen.
Een ideale opstapplaats voor ons is deze van Long street. Tien minuutjes wandelen tot aan de balie en de steltplaats van de hop-on hop-off. In het straatbeeld bemerken we regelmatig welke hype het wereldkampioenschap voetbal 2010 hier teweeg gebracht heeft. Levensgrote afbeeldingen van hun voetbalgoden.
Uiteraard ook een shoppeke meepikken in die sjieke Long street.
Van extravagante design kennen ze hier wel iets.
Dit zijn twee advocaten die aan een ambassade opgesteld staan. Zij helpen de buitenlanders bij het in orde brengen van de paperassen voor hun verblijfsvergunningen. Tegen een (kleine) vergoeding uiteraard…
Aan het bureel van de hop-on hop-off kunnen we onmiddellijk opstappen.
We hebben een zalig plaatsje bemachtigd op de laatste rij van het bovenverdiep van de bus. Zalige vergezichten krijgen we te zien.
We rijden het “Groote Schuur ziekenhuis” voorbij en krijgen volgende tekst te horen in onze koptelefoon.
“Zuid-Afrika is misschien niet het eerste land dat in je opkomt als je denkt aan de medische wereld. Toch werd het Groote Schuur ziekenhuis in Kaapstad op 3 december 1967 voorpaginanieuws toen hartchirurg Christian Barnard wereldfaam verwierf met de eerste succesvolle harttransplantatie ter wereld. Niet alleen Christian Barnard werd in een klap wereldberoemd, maar hij zette met zijn operatie ook het Groote Schuur ziekenhuis in Kaapstad en Zuid-Afrika op de (medische) kaart van de internationale wereld.”
Als we door Hout Bay rijden maken wij een stop bij de township Imizamu Yethu.
Foto Sunday Times.
Het was in deze township dat een viertal weken geleden op 11 maart een vernietigende brand bijna één derde van de huisjes vernietigde. Resultaat: 9 doden en meer dan 15.000 mensen dakloos – en juist deze mensen hadden al zo weinig. Een enorme tragedie.
Nog een beeld van die tragische 11e maart.
We mogen niet zonder begeleiding in de township lopen. Maar we zijn de enigen van de ganse bus die de township willen bezoeken. Dus krijgen we een gids voor ons alleen. De roodharige Imobeka.
Een lieve dame, die Imobeka. Zijzelf woont ook in deze township; ze kent hier dan ook veel mensen. Ze weet alles te vertellen over de brand van enkele weken geleden. De omgeving waar de brand heeft gewoed is nu verboden gebied. De mensen die er woonden werden geëvacueerd naar naburige sportterreinen, waar nu noodtenten werden opgetrokken.
Twee vrienden…
… en twee vriendinnetjes.
Het leven zoals het is in de township.
Binnen in een huisje van een vriendin van Imobeka.
Ssssst! Kindje slaapt.
We mogen ook efkes binnenloeren in een kleuterschooltje. Maar daar liggen ze ook allemaal te slapen.
Met de kroost op de stoep.
We maken ook nog even de overstap naar de terreinen waar de noodtenten opgetrokken werden. De kinderen ravotten er tussen die tenten.
Binnenin heerst er nog een wanorde van jewelste. Matrassen, dekens, dozen. Met een tachtigtal moeten ze hier nu samenhokken in een grote tent.
Hier gaat het er al wat luxueuzer aan toe.
Buiten zijn de vrouwen aan het wassen.
De omheining doet dienst als wasdraad.
Gelukkig trekken de kleinen zich dat allemaal niet erg aan.
Integendeel… ze blijven fratsen uithalen.
Dagelijks worden nog twee van die grote tenten bijgeplaatst.
Voor we terug naar de stopplaats van de bus trekken kan er zelfs nog een grapje af…
… en ook een afscheidsfoto met Imobeka
Terug op onze dubbeldekker met prachtige zichten op de Atlantische Oceaan.
In het mondaine kuststadje Camps Bay maken we een honger stop. Het is bijna 15 uur en we zouden best iets kunnen verteren. Op een van die mooie terrassen, de “Zen Zero” installeren we ons voor een korte lunch. Voor Hilde een spaghetti en ikzelf heb genoeg aan een carpaccio.
Gedurende onze lunch genieten we van de prachtige inkijk op het strand van Camps Bay.
Eenmaal terug op onze bus worden we verder getrakteerd op een onvoorstelbaar mooie natuurpracht.
De klok nadert reeds 17 uur als we terug onze steltplaats bereiken in de Long street.
In diezelfde Long street lopen we nog even binnen bij Hotel Daddy om een folder te vragen. De balie in de receptie is samengesteld uit opeengestapelde koffers. Je moet er maar op denken…
Vanavond een klein hapje in “The 19” van onze Westin, en voor de rest op ons kamer met een boekje en een laptop. Morgen onze laatste volledige dag…