We worden wel een beetje lui, en omdat we het hier zo naar onze zin hebben vragen wij aan Caroline om een dagje bij te boeken. Geen probleem, en we mogen zelfs onze zelfde kamer behouden. En omdat het de derde dag is krijgen we 15% korting. We genieten van de mooie tuin, en dweilen de rest van de voormiddag het centrum af. De winkeltjes zijn niet te lang aan mij besteed, en daarom ga ik maar een beetje de immo-agentschappen afschuimen. Kwestie van bij onze thuiskomst met zoonlief over “zijn” business te kunnen discuteren. De uitstalramen puilen wel uit van appartementen, huisjes, villa’s en paleizen. Honderden, duizenden staan er te koop, aan duizelingswekkende- tot spotprijzen. Wegens de crisis zit de mot hier ook serieus in de bouw. En de prijzen worden danig gebradeerd, dat men op de duur zou verwateren. Maar we plooien niet… België blijft ons vaderland. Moegeslenterd gaan we naar ons huisje met het betoverend overdekt terrasje, en genieten daar van een belegd broodje en een slaatje, samen met een flesje Chenin Blanc. Alles meegebracht uit ’t stad. Zalig. In de namiddag een wandeling op Beacon Island, het strand van Plett. En dit strand wordt overheerst door Beacon Island Hotel, waar we natuurlijk een kijkje gaan nemen. We genieten van prachtige natuurverschijnselen, waar bijna onweer speelt met zon en wolken. De oogverblindende zon wisselt af met pikzwarte lucht. Fotogeniek in ieder geval. Vanavond reserveren we terug in Scotty’s, ons gezellig testaurantje van zaterdag. Als trouwe (?) klant krijgen we een gepersonaliseerde tafelbedekking. Leuk…