Vrijdag 24 Januari. Van Langebaan naar Wellington (165 km)

Vanmorgen zit onze Noorse fantast aan de ontbijttafel naast de onze, maar ditmaal is hij in het gezelschap van een juffrouw. Gezien zijn toestand van gedeeltelijke ontbinding waarin hij gisteren verkeerde herinner er ik hem aan dat hij mij beloofde om dat stukje film van zijn jump zeker op te sturen, maar hij doet als zijn neus bloedt. Wanneer hij iets later met een broodje naar de toaster loopt vraagt de juffrouw wat meer uitleg over die “jump”. Zij weet dus blijkbaar van niets, en ik verzin direct een leugentje om bestwil, en vertel haar dat het om een jump gaat die ik hem zag maken met zijn kiteplank. Zo is de juffrouw ook gerustgesteld. Maar als wij ooit dat filmpje binnenkrijgen? Dat valt nog af te wachten…Valiezen gepakt en geladen, rekening betaald, afscheid genomen van het vriendelijke personeel, en weg zijn we. We maken nog een halte in ’t stad voor een Afrikaans telefoonkaartje en eentje voor de airtime. Vorige probaties zijn telkens op een sisser uitgelopen, maar hier is dit precies een fluitje van ne cent, en is alles in min dan tien minuten opgelost. Voor degenen die ons willen bellen vanuit Zuid-Afrika, dit is ons Afrikaans nummer: 060 308 08 79. We trekken de wijde wereld in, maar wat blijkt reeds na een dikke twintig kilometer; Ellen, ons GPS meisje heeft ons niet over de beste wegen gestuurd, maar wel over de kortste weg. En nu komen we weeral op een gravelweg terecht. Dit tot ongenoegen van Honda en ook van onszelf. Bij nader toezien beseffen we echter al vlug dat Ellen ons een zoetje gaf in plaats van een zuurtje, want langs hier rijden we door een Nationaal Park met prachtige landschappen.

Schaapjes langs de gravelweg.
Schaapjes langs de gravelweg.

De gravel zal 40 km duren aan een maximumsnelheid van 60 km/u, maar we rijden zelfs zo vlug niet, want om elke bocht ontspint er zich een nieuwe cinemascope.

om de haverlap een nieuw landschap
om de haverlap een nieuw landschap

Op het einde van de gravel loopt de weg vlak op een gasthuis, “Geelbek” genaamd. Het is reeds middag, dus smullen we hier een lichte maaltijd, zijnde een terrine van snoekbaars met getoaste croûtons. Meer moet da nie zijn.

Gasthuis GEELBEK.
Gasthuis GEELBEK.

Aan de tafel naast ons is er een baby, ik schat ongeveer een jaarling, aan het rondkruipen  en zich aan alles en nog wat aan het vastklampen om zich recht te trekken. Binnen de kortste keren heeft Hilde het meisje te pakken, en warempel… tien minuten later zet Almeria haar eerste stapjes.

Hilde met Almeria
Hilde met Almeria

We nemen afscheid van Almeria, haar mama en haar oma en zetten onze weg verder. Een half uurtje later passeren we het piepkleine stadje Darlling. Dit stadje was bijna onbekend tot in de jaren ’70 een belangrijke cabaretier die zijn kritiek onder het Apartheidsregime verpakte in het personage Evita, een blanke Afrikaans sprekende vrouw getrouwd met een politicus van de Nationale Partij. Via haar mond bleek het mogelijk allerlei misstanden aan de kaak te stellen. In 1996 besloot Uys in Darling een theater te openen waar hij zijn alter ego voorstellingen kon laten verzorgen.

Een  wandschilderij van het stadje Darling. Volledig links staat Evits op de rails aan het stationperron. Vandaar haar achternaam (se Perron) met een knipoog naar Evita
Een wandschilderij van het stadje Darling. Volledig links staat Evits op de rails aan het stationperron. Vandaar haar nieuwe familienaam (se Perron) met een knipoog naar de Argentijnse Evita Perron.

Evita se Perron is sindsdien uitgegroeid tot een artistiek centrum waar tannie Evita Bezuidenhout regelmatig optreedt en publiekelijk een oogje op het reilen en zeilen van de democratie houdt. Het piepkleine theatertje, aanpalend museum, restaurantje en het stationnetje lonen echt de moeite om hier een uurtje rond te kuieren. Een tiental van de grootste schilderijen ooit worden hier nagebootst, allemaal met Evita in de hoofdrol.

Evita als de Mona Lisa van Leonardo da Vinci.
Evita als de Mona Lisa van Leonardo da Vinci.
Evita door Gustav Klimt.
Evita door Gustav Klimt.
En de vervalste Evita door Christian Devos. Hahaha...
En de vervalste Evita door Christian Devos. Hahaha…

Door de vele en soms onverwachte stops is het al bijna 17 u als we onze opwachting maken in B&B “Ons Stee” in Wellington. Uitgebaat door de sympathieke Pajottenlanders  Anja en Pieter Daelman. We kennen ze van verleden jaar en het weerzien is hartelijk.

Het leuke terras van "Ons Stee"
Het leuke terras van “Ons Stee”

We worden direct getrakteerd op een wit wijntje aan het zwembad, en we krijgen dezelfde kamer toebedeeld als verleden jaar. Gezellig ruim, douche en bad, airco, WiFi en BVN televisie (dit betekent Belgisch nieuws op TV). Weeral top. En voor vanavond reserveren ze ons een restaurantje “Twist some more” in het wijndal even buiten Wellington. Wij eten naar gewoonte enkel een hoofdschotel, maar wat we hier geserveerd krijgen mag bij het fijnste ooit (in Afrikaanse normen) gerekend worden. Voor Hilde een kudusteack en voor mij een salade van eendeborst.

Kudusteak…heerlijk!
Kudusteak…heerlijk!
en de salade van eendeborst… als het ware nog verfijnder van smaak !
en de salade van eendeborst… als het ware nog verfijnder van smaak !

De aangepaste soms spicy soms zoetzure vinaigrette in mijn salade verspreidt een hemelse smaak. Midden onze maaltijd verwisselen we van bord en worden we voor een tweede maal verrast door een subliem gerecht. De bediening (van Nicole) is ook uitermate vriendelijk en vooraleer het restaurant te verlaten maken we zelfs een reservatie voor de volgende dag. Wat met plezier genoteerd wordt, en ze voegen er zelfs aan toe dat dit regelmatig gebeurt. Alhoewel de weg nog donkerder is dan pikdonker leidt Ellen ons feilloos naar “Ons Stee”.

 

Woensdag en Donderdag 22-23 Januari. Twee dagen Langebaan.

Aan de ontbijttafel zitten we weeral niet veraf van onze nieuwe kennissen, en we worden weeral over één en ander gebriefd voor de komende dagen. Voor we Lamberts Bay uitrijden wil ik toch nog even naar die mand van het gemiste boottochtje van gisteren. Maar er hangt een briefje aan zijn raam dat hij met klanten uitgevaren is en rond elf uur terug zal aanleggen. Er is er eentje gelukkig natuurlijk. En als we een tiental kilometer ver zijn volgt een tweede tegenslag; de tarmac verandert voor 20 km in gravel. Niet goed voor ons, en nog minder voor ons Hondake. De keien spatten tegen de onderkant van ons beestje, Het lijkt alsof er tien djembe trommels lament aan ’t geven zijn. Maar het supertraag rijden heeft ook positieve kanten; plotseling ontdekken we op enkele honderden meter een soort lagune waar verschillende watervogels aan het stoeien zijn. Hondake zo goed mogelijk langs de kant van de gravel geparkeerd, telelens op de Canon gemonteerd, en recht erop af. Na minder dan honderd meter ontwaren we een overweldigend schouwspel. In het tegenlicht van de zon die in de waterpartijen schijnt lopen enkele sierlijke flamingo’s. Dit wordt wellicht één van mijn beste foto’s.

Drie statige steltlopers in hun prachtige habitat.
Drie statige steltlopers in hun prachtige habitat.
De ganse omgeving is adembenemend mooi...
De ganse omgeving is adembenemend mooi…

Enkele kilometer na deze National Geographic zitten we terug op een goede asfaltbaan en we worden weeral afgeleid door een bord “Rochepan Nature Reserve” waar ook weeral een en ander uit het Afrikaans vogelbestand zou te spotten zijn. We zijn nog danig onder de indruk van de vorige ervaring en laten ons dus terug bekoren. We moeten kiezen tussen een wandeling van 3 uur of een verplaatsing met de wagen naar 2 verschillende hotspots. We kiezen voor het laatste, en op elke plaats krijgen we terug een prachtig stukje natuur te zien. Maar ze kunnen niet tippen aan onze vorige ervaring.

Rocherpan Nature Reserve
Rocherpan Nature Reserve
Kuddes flamingo's in een prachtig landschap
Kuddes flamingo’s in een prachtig landschap

Door al deze onverwachtse stops wordt het 3 uur in de namiddag als we Langebaan bereiken. Vlug naar een strandrestaurantje om daar nog aan een snakske te geraken. We worden hier getrakteerd op een symphonie van kitevliegers.

de lucht is overspoeld
de lucht is overspoeld door kiters… voorwaar een mooi schouwspel

Lang mogen we ons hier echter niet aan vergapen, want we hebben nog geen onderdak voor vannacht. Dan maar vlug naar hotel WINDTOWN, een hotel dat we getipt werden door Johan Visser, één van die kennissen van gisteren. Het hotel is zo goed als volzet, maar voor vrienden van Johan is er altijd plaats. Alhoewel het reeds 16 uur is moet de kamer nog vrijgemaakt worden.

Het WINDTOWN hotel
Het WINDTOWN hotel

Tijd voor een koffietje en een eerste kennismaking met het hotel. Supermodern van architectuur, prachtige binnenkoer met leuk zwembad, en volledig afgestemd op een jong publiek, in dit geval de kiters. Er is zelfs een kitewinkel en er worden ook kite-opleidingen georganiseerd.

Prachtig terras met zakzetels en mooi zwembad.
Prachtig terras met zakzetels en mooi zwembad.

Alles fantastisch dus, met wel de bedenking dat wij hier tussen al dat jonge sportgeweld misschien wel niet helemaal op ons plaats zitten. Maar van één iets zijn we zeker; moest er een prijs zijn te winnen voor het oudste koppel, dan komen we met de beker naar huis. Spijts alles is het hier heerlijk vertoeven. Die ligzakken nemen perfect Hilde’s vormen aan en ikzelf kan intussen wat bloggen. Zelfs voor een avondhapje verplaatsen we ons niet meer. Eenmaal het donker wordt ziet de omgeving van het zwembad er nog feeërieker  uit.

Eenmaal donker wordt het terras nog feeërieker.
Eenmaal donker wordt het terras nog feeërieker.

Donderdagmorgen is het 9u30 vooraleer we aanschuiven voor het ontbijt. We worden precies luier met de dag. Nadien maken we een wandeling in het stadje en aan het strand. Vandaag zijn en spijtig genoeg geen kiters, omdat er praktisch geen wind is. Onze aandacht wordt getrokken door een rij vakantiehuisjes aan het strand; hun kleurtjes en hun mooie vormen leggen als het ware een link met de kitevliegers.

Doet toch denken aan kitevliegers...
Doet toch denken aan kitevliegers…of ben ik mis?
Pearley's aan het strand
Pearley’s aan het strand

Een snackje met een koffietje op het strandterras van Pearly’s geeft ons zicht op een postkaartje. En Hilde bemerkt plots dat ze deze voormiddag een postkaartje kocht met exact hetzelfde plaatje dat we nu live zien. Het kleine bootje incluis.

2018
Op dit postkaartje kijken we vanop het “Pearly’s” terras.

Rond vier uur gaan we even uitblazen naar het hotel. Ikzelf op de laptop, en Hilde op een zitzak aan het zwembad. Vanuit onze gelijkvloerse kamer hebben we zicht op elkaar. Komt daar niet een jonge man ook zo een zitzak installeren bijna tegen deze van Hilde aan. Hij sleept er ook nog een tweede zak tegenaan. Fait divers als wij daar een paar minuten later niet opgeschrikt worden door een doffe slag. Wat is er gebeurd? De man in kwestie heeft die zakken op een voor hem precieze plaats geïnstalleerd. Daarna heeft hij een GoProotje (filmapparaatje) opgesteld met zicht op die zakken. En uiteindelijk is hij naar de verdieping getrokken, en is van daaruit op die zakken gesprongen. Zonder aanloop plofte hij op die zakken vanop een hoogte van bijna 3 meter, maar wat veel gevaarlijker was; de zakken lagen meer dan twee meter verwijderd ten opzichte van de ballustrade.  Later blijkt dat de man steeplezat is. Hilde komt met de schrik op het lijf de kamer binnengestormd, en wat dacht je… enkele minuten later komt de man met een gin-orange in de hand en zonder aankloppen onze kamer binnengestrompeld. Hij brult van het lachen en hakkelt in half verstaanbaar engels dat hij een ongelofelijk filmpje heeft op zijn GoPro. Niet alleen zijn jump is zo hilarisch, maar de reactie van Hilde wordt een echte topper in “Verborgen camera”. Nadat de kerel, een Noor, beloofde het filmpje te zullen doorsturen en nadat hij ook al de helft van zijn gin op ons kamertapijt morstte kunnen wij hem voorzichtig buitenwerken.                                                                                                    Om van de emoties te bekomen en ook omdat het onze laatste avond in Langebaan is besluiten we om nog een tochtje te maken en hier of daar de zonsondergang te spotten. We belanden in de Yachtclub van waaruit we een prachtig zicht hebben op de ondergaande zon.

Zicht vanuit de jachtclub.
Zicht vanuit de Yachtclub.

Verder is er niet veel zaaks in de Yachtclub, en onderweg houden we even halt bij “The Farm House” waar we een cappucinoke slurpen, en vanwaar we ook weer prachtige uitzichten hebben.

Een postkaartje van "The farmhouse"
Een postkaartje van “The farmhouse”
Het hinterland van "The farmhouse"
Zicht vanuit de tuin van “The farmhouse”

Tegen de klok van acht komen we terug in ons hotel, en we genieten daar nog van een sober spaghettike.

Dinsdag 21 Januari. Van Clanwilliam naar Lamberts Bay (75 km)

Met pijn in het hart moeten we nu al afscheid nemen van onze gastvrouw Esther en haar Rectory Guesthouse. We vergeten zelfs een foto te maken, alhoewel ze op ons netvlies gebrand zal blijven, en haar stem zullen we uit duizenden andere herkennen. We rijden nu eerst richting van de Strassberger schoenfabriek, want Hilde wilt persé datzelfde paar schoenen. Ik weet wel dat er een paar insiders zullen gedacht hebben dat het de Tsunga fabriek zou geweest zijn, maar Hilde beweert dat die Strassbergers nog beter zijn. En wat dacht je; ze hebben nog exact hetzelfde model. Ikzelf verdenk de fabriek ervan dat ze zelfs geen nieuwe modellen maken, maar dat zal Hilde worst wezen.

Hilde in de SKOENFABRIEK
Hilde in de SKOENFABRIEK

Na een voorspoedige rit met een tweetal stops landen we tegen de middag in Lamberts Bay. Volgens onze gids is prijs/kwaliteitverhouding het Hotel Lanberts Bay de ideale verblijfplaats aldaar. We twijfelen dan ook niet, we worden er vriendelijk ontvangen, en we beschikken er over alle comfort. We lunchen aan de haven op het terras van “Isabella’s” en we genieten er van de wirwar van aankomende vissersbootjes die aanmeren en hun kreeftenvangst verhandelen en versjacheren…voorwaar een mooi spektakel.

Het lossen van de kreeftenvangst.
Het lossen van de kreeftenvangst.
Kreeften bij de vleet.
Kreeften bij de vleet.

En nu is het tijd om ons naar de grote attractie van Lamberts Bay te begeven; Bird Island. Een eiland waar zich volgens de laatste telling om en bij de 80.000 Jan van Gents verblijven. Op een paar honderd meter vanwaar de kolonie huist heeft men in een oude bunker een uitkijkpost ingericht van waaruit men de vogels kan bespieden en/of fotograferen.

Prachtige uitkijkpost.
Prachtige uitkijkpost.
Letterlijk ontelbaar...
Letterlijk ontelbaar…
Hierop raak je nooit uitgekeken...
Hierop raak je nooit uitgekeken…

In deze uitkijkpost zou je uren kunnen vertoeven, en inderdaad… we bleven er anderhalf uur alsof het enkele minuten was. Leuk ook dat we naar het diepste puntje van Afrika komen om Jan van GENT te zien…. En dan nog tachtig duizend! Bij onze wandeling terug discuteren we met een man die met een klein bootje den Atlantiek opvaart om zeehonden te gaan spotten. Als Hilde echter hoort dat hij met dat petieterig bootje mijlenver in zee trekt is het hek helemaal van de dam. Ik had intussen al bestudeerd waar ik mijn GoProotje (onderwatercameraatje) op de boeg van het schipje kon vastmaken, maar… het feest was uit. We wagen ons nog aan een stapje in de haven en in het dorp. In de hall van het hotel raken we (toevallig) in gesprek met twee vriendelijke koppels van Langebaan.  Wij willen morgen naar Paternoster of naar Saldahna, en beide stadjes zin maar enkele kilometer van Langebaan verwijderd. Je raadt het al; binnen de kortste keren zijn we overweldigd door hun enthousiaste verhalen over Langebaan, en dit wordt dus onze nieuwe bestemming. Zij introduceren ons zelfs in een schitterend hotel. Voor vanavond weten ze ons ook het beste restaurantje van Lamberts Bay te tippen. Het  “Weskus Kombuis”. Dat blijkt in ieder geval al een goede keuze; we beleven er een gezellige avond met een lekker mosseltje bevloeid met een glaasje Sauvgnon Blanc, met zicht op zee, en met om de haverklap één van die vier nieuwe kennissen die nog een bijkomende tip of raadgeving komt geven voor de komende dagen. Na een dag als vandaag beseffen we nog maar eens de schoonheid van Zuid-Afrika en de lieftalligheid van zijn inwoners.

 

 

Maandag 20 januari. Van Tulbagh naar Clanwilliam. (160 km)

Om 10 uur komt Maria naar ons “Dreamcatcher” huisje met de afrekening. Scheiden doet een beetje lijden, want we beleefden hier twee mooie dagen. Een uurtje later laten we onze Honda Civic los en sturen hem richting Clanwilliam. De wegen liggen er prachtig bij, en we mogen bijna overal 120 km/u rijden. Maar op een vijftigtal kilometer van ons doel is het feestje uit… wegeniswerken alom. Die laatst kilometers eisen meer dan anderhalf uur van ons geduld. Hilde heeft in haar kilo’s documentatie geen enkele deftige B&B gevonden, en dus opteren we maar voor het enige echte hotel aldaar; Hotel Clanwilliam. Maar wat blijkt… een echte ruïne. Vuil stinkend kot, restaurant en bar reeds meer dan een jaar gesloten. Geen airco terwijl Clanwilliam één van de warmste steden van de Kaapprovincie is. Voor morgen voorspelt men 38° C. Het dametje aan de receptie had reeds alles klaar om ons in te checken, maar die kans hebben we haar niet gegund. E weeral hebben we chance in onze onchance; rechtover het hotel bemerkt Hilde (alweer zij) een prachtig huis met een reuzepancarte “Guesthouse RECTORY”.

Guesthouse RECTORY
Guesthouse RECTORY

Esther, de gastvrouw, geeft ons een rondleiding in haar prachtige huis dat ze voor de fun uitbaat als B&B. Zijzelf woont met haar man, een dokter, in het huis ernaast. Ik vraag of eventuele medische zorgen inbegrepen zijn in ons verblijf, en daar stemt ze lachend mee in. Het oude herenhuis heeft ook een paradijselijke tuin met een mooi zwembadje.

De tuin van Esther.
De tuin van Esther.

Het is hier vandaag verschroeiend warm (om en bij de 38° C), en we zien het niet zitten om in deze temperatuur op stap te gaan. Daarom nemen we maar ons zalig gekoeld Hondatje om op verkenning te gaan.

Straattoneeltje in Clamwilliam
Straattoneeltje in Clamwilliam
Het mooie kerkje van Clanwilliam
Het mooie kerkje van Clanwilliam

Onze eerste halte wordt het toerismegebouwtje, waar we enkele interessante wetenswaardigheden vernemen.  We zitten hier midden in de rooiboswereld; de enige streek ter wereld waar rooibosthee groeit.

De gekleurde rotsen aan de rand van de Cederbergen.
De gekleurde rotsen aan de rand van de Cederbergen.

We zitten hier ook aan de voet van de Cederbergen; een gebergte van zacht gesteente met veel ijzeroxide waardoor zeer grillige vormen ontstaan die fel rood opkleuren. En in die rotsen zijn hier en daar prachtige rotstekeningen te vinden.

Hier en daar prachtige rotstekeningen.
Hier en daar prachtige rotstekeningen.

Clamwilliam gaat ook prat op zijn schoenfabriek. Hilde draagt vandaag toevallig de schoenen die ze daar twee jaar geleden kocht, en ze wil een nieuw paar, mogelijk juist dezelfde. Maar na 15 uur is er geen bezoek meer mogelijk, en dat verschuiven we dan maar naar morgenvoormiddag. We maken een tochtje tussen de sinaasappelboerderijen en die van de rooibosthee.

Rooibos omgeven door de Cederbergen.
Rooibos omgeven door de Cederbergen.

Vooraleer we ons opmaken voor de zoektocht naar een avondrestaurantje maken we nog een plons in het lauwe water van ons zwembadje.

 

 

Zondag 19 januari. Een dagje rustig Tulbaghen…

Omdat we hier maar twee maal overnachten vinden wij het de moeite niet om allerhande proviand binnen te halen. Dus gaan we ontbijten op het mooie terras van Tulbagh Hotel. Het snoetje van ons dienstertje met een sprietje op de neus roept bij mij direct herinneringen op, alhoewel wij nog nooit in dit hotel waren. Ik informeer hoelang zij hier al werkt, en ze vertelt dat ze hier nog maar een maand in dienst is, en voordien in een restaurantje van Tulbagh werkte, de “Things I like” En inderdaad… verleden jaar hebben we in dat restaurantje geluncht, en was zij ons dienstertje. Toen heb ik een kiekje van haar genomen met de belofte dit per mail aan haar door te sturen. Maar zoals sommigen onder jullie zich nog zullen herinneren; Hilde verloor haar rode tas met alle documentatie… incluis het e-mail adres van Izelma. Bij deze kunnen wij dit goedmaken. Ik neem een nieuw kiekje van Izelma met de belofte dit vanavond nog naar haar door te mailen, samen met de foto van verleden jaar. Jawel, ik heb een schijfje bij met alle foto’s van Zuid-Afrika 2013.

1955

Na het ontbijt maken we nu nog een grote wandeling in dit koloniaal stadje met zijn prachtig gerestaureerde Kaaps-Hollandse huizen. We hebben het gevoel terug in de tijd te wandelen. In één en dezelfde straat bevinden zich meer dan 30 huizen die geklasseerd staan onder Afrikaans erfgoed.

Prachtige Kaaps-Hollandse huizen
Prachtige Kaaps-Hollandse huizen

Toevallig stappen we het museum van Christo Coetzee binnen en vernemen daar van een vriendelijke Madam dat Coetzee één van de grootste Zuidafrikaans artiesten ooit was. En in het huis waar we ons nu bevinden heeft de man de laatste 15 jaar van zijn leven, en dit tot april 2000 gewoond. De dame overstelpt ons met weetjes over het leven en het werk van Coetzee. Ze confronteert ons met werken die zowel aan Picasso als aan onze Waregemse artiest Denis Degloire doen denken…

een echte Cristo Coetzee
een echte Christo Coetzee…
En een knipoog naar Denis Degloire...
en een knipoog naar Denis Degloire…
Dame met rode tas bij Coetzee.
Dame met rode tas bij Coetzee.

In de late namiddag maken we een ritje van een twintigtal kilometer naar het piepklein dorpje Wolseley. We rijden dwars door de Tulbagh vallei, Rondom ons zien we majestueuze bergen waarvan er sommige tot meer dan 2000 meter boven de zeespiegel liggen. Prachtige plaatjes levert dit op, als de zon in het dal schijnt over de verkleurende wijnvelden met besneeuwde bergen in de achtergrond.

Prachtige plaatjes in de Tulbagh vallei.
Prachtige plaatjes in de Tulbagh vallei.

Terug in Tulbagh is het reeds bijna acht uur in de avond, en dat is in Afrikaanse normen al ruimschoots laat voor het avondmaal. Op onze wandeling deze voormiddag ontdekten we een Belgisch restaurant, eveneens in een prachtig Kaap-Hollands huis; de Paddagang Resto. Zonder dralen dus daarop af.

Schitterend gelegen Paddagang Resto.
Schitterend gelegen Paddagang Resto.

Het eerste wat opvalt is dat er naast de wijnkaart ook een bierkaart voorgesteld wordt. Meer dan 30 Belgische bieren sieren die kaart, en ik laat mij verleiden door een Liefmans Fruitesse. Hilde houdt het bij een wit wijntje.

Fruitesse van Liefmans in Tulbagh… waarom niet?
Fruitesse van Liefmans in Tulbagh… waarom niet?

Het duurt niet lang, of we zijn aan de praat met De Zuidafrikaanse patron, en als hij verneemt dat wij Belgen zijn tovert hij direct zijn echtgenote uit de keuken tevoorschijn; want zij is Elise en ze is van Antwerpen. Een hartelijke babbel in het Bevers-Antwerps, babbel die jammerlijk genoeg abrupt afgebroken wordt als plotseling de geur van aangebrande groenten uit de keuken opstijgt. Wij houden het vanavond sober; voor Hilde een halve portie mosseltjes en voor mij twee garnaalkroketjes. Heerlijk Belgisch…

 

 

 

Zaterdag 18 januari. De eerste grote uitdaging; met de nieuwe wagen op Afrikaanse wegen.

Inderdaad, vandaag begint het grote werk. Met de wagen op verplaatsing op Afrikaans territorium. Niet zo eenvoudig… Links van de baan rijden, stuur langs de rechterkant, en een auto die we niet kennen. Eenvoudig is anders. Omdat we stilaan de herfst van onze jaren bereikt hebben besloten we dan ook maar de eerste verplaatsing binnen de straal van 100 km te houden. 100 km noordwaarts, naar een klein stadje Tulbagh. We kregen een goed adresje van onze Belgisch-Afrikaanse vrienden Roger en Greta. Tegen 11 uur mogen we de auto in ontvangst nemen, een spiksplinternieuwe Honda Cicic met minder dan 10.000 km op de teller.

Onze spiksplinternieuwe Honda Civic… meer moet da nie zijn...
Onze spiksplinternieuwe Honda Civic… meer moet da nie zijn…

In den beginne weigert mijn zo geroemde Garmin GPS alle dienst, maar gelukkig neemt de ingebouwde GPS van Hilde die taak over, en raken we zonder kleerscheuren Cape Town buiten, recht in de richting van Tulbagh.                                                                      Ongeveer halverwege bereiken we Riebeek Kasteel, ook al een postkaart stadje. Het is nog maar twee uur in de namiddag, we hebben maar een klein beetje honger, en voor de rest tijd zat. Dus maken we halt. En binnen de kortste keren zijn we weeral onder de indruk van de levensstijl van de Zuidafrikanen. Alles kan…niets moet. We worden geconfronteerd  met het ene stilleven na het andere.

Stilleven met fiets...
Stilleven met fiets…
Stilleven met stoel...
Stilleven met stoel…
Stilleven met twee stoelen...
Stilleven met twee stoelen…

We verslenteren enkele boetiekjes, galerietjes en zelfs een eetstalletje waar we ons -spijts onze goede voornemens om deze middag niet te eten- toch laten verleiden tot een mandje met 4 warme tappa’s. Samen met een glaasje wijn betalen we welgeteld 11 Euro voor ons beiden… wie doet beter?                                                                                                    Op weg  naar de auto  valt mijn oog op een chocoladewinkeltje en alleen de naam al dwingt ons (mij) ernaartoe.

Alleen de naam al...
Alleen de naam al…

Eenmaal binnen moeten we vaststellen dat de naam niet helemaal de lading dekt, want de monokini’s verwijzen naar pralientjes. En de madam van het stalletje is fier als een gieter als ze ons vertelt dat die monokinitjes vervaardigd zijn van Belgische Callebaut chocolade. In de hoek van het winkeltje staat er een antieke ijskar. Het praliné ijsje geserveerd door een blanke Afrikaanse smaakt heerlijk.

Vriendelijke ijsjesmadam...
Vriendelijke ijsjesmadam…

Van hieruit is het slechts een boogscheut naar Tulbach, en alhoewel de fameuze GPS nog steeds weigert mijn bevelen te volgen vinden we binnen de kortste keren ons huisje voor de volgende twee nachten. Bij de eerste aanblik schijnen het precies drie huizen te zijn. De buurvrouw Maria die verantwoordelijk is voor het beheer, heeft ons zien oprijden en komt ons al direct ingeleide doen. Het is inderdaad maar één huis, maar wel groot genoeg om met drie koppels te verblijven.

Ons optrekje in Tulbagh
Ons optrekje in Tulbagh “DREAMCATCHER”

Met uitzondering van de onwillige WiFi internetverbinding is alles piccobello. Ikzelf trek me  in een klein hoekje terug met mijn frusterende onwillige GPS, en wat dacht je?  Binnen de kortste keren krijg ik haar (het is een meisje – Ellen is haar naam) aan de praat. Voor vanavond kan er dus niets meer stuk… We zoeken en vinden een knus terrasje waar WiFi  internetverbinding voorhanden is, en onder ons drietjes (Hilde, ikzelf en de laptop) beleven we een gezellige avond. In onze mailbox zitten alleen maar positieve berichten…

 

 

 

Donderdag en vrijdag 16 en 17 januari. Twee dagjes uitpikken in het broeiende Cape-Town.

We zijn nog steeds wat lui door de lange reis, en het wordt 9u30 als we ons aanmelden voor het ontbijt. Een ganse voetbalploeg is aan het aanschuiven aan het buffet, en we denken natuurlijk dat het over de Nationale ploeg van Zuid-Afrika ofwel deze van Mali gaat, de ploegen die gisteren hier in Cape-Town gelijk speelden (1-1) voor de Afrikaanse beker. Maar niets is minder waar. Het is de mannschaft van Stuttgart die hier op winterstage is. We hadden inderdaad beter moeten weten, want op de truien dragen ze publiciteit voor de ster van Mercedez-Benz.

Nonchalant laveren de Stuttgart spelers door de lobby van het hotel.
Nonchalant laveren de Stuttgart spelers door de lobby van het hotel.
Klaar om op training te vertrekken.
Klaar om op training te vertrekken.

Tegen de middag trekken te voet het stad in. Er vallen nog enkele technische details te regelen voor ons lang verblijf alhier. Te beginnen met de telefoon- en internet perikelen. We schaffen ons betaalkaartjes aan voor de Afrikaanse providers. En zodoende hebben we op ons reserve gé-es-emmeke een Afrikaans telefoonnummer, waardoor onze plaatselijke gesprekken hier spotgoedkoop worden. Daarna trekken wij naar het nabijgelegen verhuur-agentschap waar wij nog enkele saldo’s dienen te betalen. De vriendelijke Sherry-Lee verzekert ons dat dat wij super tevreden zullen zijn met de door ons gehuurde locaties.

Sherry-Lee kan ons overtuigen van onze goede keuze.
Sherry-Lee kan ons overtuigen van onze goede keuze.

Later maken we een lange wandeling naar “De Waterkant”, de volledig gerenoveerde wijk van Cape-Town. Deze hippe wijk herbergt een mix van warenhuizen, boetiekjes, kunstgalerijen en terrasjes. Niet moeilijk om hier een paar uurtjes te flaneren. We zijn wel afgepeigerd als we terug in de WESTIN arriveren. Maar een badje maken veel goed, en een uurtje later nemen we het hotelbusje naar “Waterfront” waar we naar ” Den Anker” willen, het Belgisch restaurant aldaar… kwestie van wat sneller af te kicken. We houden het bij één schotel; voor Hilde Filet Américain en voor mij konijn. Op de kaart staan ludieke onderschriften bij de verschillende gerechten, maar ik verdenk “Den Anker” dat bij mijn konijn op zijn Vlaams het bijhorend onderschrift wel letterlijk mag geïnterpreteerd worden. Onze ober is mijn twijfels gaan overdragen naar “de chef”. Hij kwam terug met de vraag mijn naam, adres en internetgegevens op een kaartje te schrijven, hetgeen ik dan ook correct heb gedaan. Nu maar afwachten of hier nog reactie op komt… tot hiertoe nog niet!

1810
Misschien is de tekst wel letterlijk te nemen…
Links is zeker een peertje en een kroket. Hilde denkt dat Trees of Guy met deze foto kunnen oordelen of de rest K(at) of K(onijn) is. In ieder geval 't is binnen en 's anderendaags bemerkte ik dat het goed verteerd was...
De linkerkant van de foto is zeker een peertje en een kroket. Hilde denkt dat Trees of Guy Loosveldt aan de hand van deze foto kunnen oordelen of de rest K(at) of K(onijn) is. In ieder geval ’t is binnen en ’s anderendaags bemerkte ik dat het goed verteerd was…

Na een vlekkeloze nacht maakten we om 10 uur weeral onze opwachting om Cape-Town te veroveren. Recht naar de “Hop on-hop off”. Voor de niet kenners; dit heeft niets te maken met de voorbije nacht, maar is gewoon een dubbeldekker waarmee men ’t stad kan verkennen en op- of afwippen waar men maar wil. Wij lieten veel haltes aan ons voorbijgaan, maar Houtbaai wilden we toch niet links laten liggen. Want de calamares-ringetjes gefritteerd in Houtbaaivet zijn een niet te evenaren delicatesse. Peter Goossens zou er een puntje kunnen aan zuigen. Alhoewel calamares waarschijnlijk niet op zijn kaart staat. We genieten op het overdekte terras van de beweging in de haven, en de zeehondjes komen op enkele meter van ons hun kunstjes verkopen.

Stilleven in Houtbaai...
Stilleven in Houtbaai…
zeehondjes maken knappe kunstjes voor ons.
zeehondjes verleiden ons met hun knapste kunstjes.

Enkele kilometer langs de prachtige stranden van de Atlantische Oceaan en twee haltes verder men we weeral een afstap; ditmaal in het mondaine Camps Bay. Het is intussen vier uur in de middag en broeiend heet. In de hovingen van de poepchieke hotels liggen bruine lijven te bakken en op het strand aan de overkant krioelt het van uitbundige kinderen die met hun uitbundigheid geen blijf weten.

en bakken maar...
en bakken maar…
Strand van Camps Bay
Strand van Camps Bay

Op het terras van “Blues” genieten we van een heerlijke caipirinha en van het schouwspel van het strand aan de overkant. Voor we het beseffen zitten we daar bijna anderhalf uur.

Heerlijke caipirinha
Heerlijke caipirinha

De hop on geeft ons een hop off aan de ingang van de WESTIN, alwaar we een paar uurtjes naar onze kamer trekken; boekje lezen, laptopje tokkelen, tukje doen.                     We hebben de moed niet om er vanavond nog op uit te trekken, en daarom terug naar het negentiende verdiep van de WESTIN.

19e verdiep; wij zitten aan het tweede tafeltje van rechts… Zie je ons?
19e verdiep; wij zitten aan het tweede tafeltje van rechts… Zie je ons?

De catch of the day – linefish – smaakt overheerlijk. Onze tafeldienster Faith herinnert ons nog van eergisteren en vertelt ons een stukje van haar leven. Het vertellingske eindigt met een positieve noot, want ze is drie maand zwanger. Tegen dat we in maart terugkomen belooft ze dat het al goed zichtbaar zal zijn. Tegen de klok van tien uur trekken we naar ons nestje. ’t Is wel een grote nest, want ons bed is 2,20 meter breed.

Hilde en Faith… beiden superkontent… om verschillende redenen.
Hilde en Faith… beiden superkontent… om verschillende redenen.

 

wordt vanavond aangevuld…

 

Onze lange vermoeiende vlucht en de eerste Afrikaanse indrukken

Hier de eerste Afrikaanse impressie’s van een bejaard en vermoeid stel Vosjes. Alhoewel de vluchten zeer stipt en vlekkeloos verliepen hebben we er voorlopig toch alle twee een koppel gezwollen voeten aan overgehouden. Maar dat zal ook wel verdwijnen. De lange vlucht (11 uur) was tot het laatste zitje volboekt. Alhoewel wij van de eersten waren om in te checken, was het al niet meer mogelijk om een seat naast elkaar te krijgen. De oorzaak hiervan zou liggen bij het feit dat de meeste reizigers reeds enkele dagen voor de vlucht online inchecken, met het gekende gevolg. Stiekem had ik dan nog gehoopt een mooie verschijning als gezelschap te krijgen, en misschien zelfs twee, want zowel Hilde als ikzelf zaten gevangen in het midden van drie stoelen. Maar wat dacht je; twee vieze vuile bromberen, die gedurende de maaltijd bijna met hun ellebogen in mijn bord zaten… In zulke omstandigheden viel er dan ook niet veel, of zelfs bijna helemaal niet te slapen.

Cape Town met zijn Tafelberg.

Gelukkig werd deze horribele nacht grotendeels goedgemaakt bij onze aankomst woensdagmorgen om 8 uur in het ons vertrouwde WESTIN hotel; de kamer die normaal slechts vanaf 14 u ter beschikking komt stond nu al op ons te wachten. We zijn dan maar onmiddellijk het kingsize bed ingedoken, en dit tot op de middag. In de namiddag maakten we een lange footing in het centrum van Cape Town. Het liep hier vol met massa’s mannen met de Zuidafrikaanse vlag op hun rug of rond hun middel. En daarbij liepen ze  bijna allemaal te blazen op plastieken vuvuzela’s (of hoe noemen die trompetten alweer?). Algauw kwam aan het licht dat uitgerekend vanavond hier een voetbalmatch gespeeld wordt voor de Afrikaanse beker, namelijk Mali tegen het plaatselijke Zuid-Afrika. Rond 16 uur liepen er ook een paar scholen leeg met vrolijke studenten in prachtig verzorgde uniformen. Want ook vandaag, 15 januari hebben ze er hier hun eerste dag van het nieuwe schooljaar opzitten. Vandaar de nog vlekkeloos verzorgde uniformen. Wat hier ook opvalt is dat de onlangs overleden Mandela absoluut nog niet uit het straatbeeld verdwenen is… aan veel grote gebouwen hangen reuzenfoto’s van Madiba, zoals ze hem zo graag noemden. En in tal van prularia, souvenirkraampjes en tijdschriften zijn foto’s en tekeningen van de in Afrika meest geliefde man ooit terug te vinden.

Mandela blijft het straatbeeld domineren.
Mandela blijft het straatbeeld domineren.
Ook in de souvenirstalletjes is hij niet weg te denken...
Ook in de souvenirstalletjes is hij niet weg te denken…

De avond wordt er eentje van een rustig dineetje zonder al te veel poespas. Maar we kunnen toch niet nalaten om naar het restaurant op de 19e verdieping te trekken. Want van hieruit hebben we een prachtig panorama op Cape Town.

IMG_1387 bis
Het kolkende Cape Town Stadium.

En vanavond zal het supermooie wereldbekerstadion wegens de Afrikaanse voetbalclash tegen Mali nog uitbundiger belicht en verlicht uitzien dan op andere dagen.                      De Sauvignon Blanc “Kleine Zalze” en de licht gebakken struisvogelsteak smaken precies nog beter dan verleden jaar. Wij zitten al terug onder de dons wanneer de uitslag van de match bekend is, en bij het ontbijt donderdagmorgen vernemen we dat het op een gelijkspel uitdraaide; 1 tegen 1.

 

Zaterdag 11 januari 2014. We zijn er bijna klaar voor…

Inderdaad, binnen enkele dagen is het weeral prijs. Dan zetten we terug koers naar ons tweede vaderland, Zuid-Afrika. Het doet natuurlijk wel een beetje pijn om hier familie en vrienden te verlaten, maar voor zo lang is het nu ook weer niet.                                          En als we landen in Kaapstad zullen we ook een beetje verweesd zijn, want nu moet het daar zonder Papa Madiba. (Mandela). Maar we zien wel…  In ieder geval hopen wij weer mooie avontuurtjes te beleven, lieve mensen te ontmoeten en terug met volle teugjes te genieten van al het moois dat Afrika te bieden heeft. En voor de thuisblijvers trachten we regelmatig deze blog aan te vullen. Hopelijk mogen we jullie regelmatig een beetje jaloers maken…                                                                                                                             Jullie moeten zeker niet nalaten om regelmatig ook eens een berichtje of een reactie op deze blog te plaatsen. Op het einde van elk bericht hoef je maar de rode letters “Geef een reactie” aan te klikken, en je zit op deze blog. Tot dan….

Volgende week kunnen we ons misschien weeral neervlijen bij Dumo.
Volgende week kunnen we ons misschien weeral neervlijen bij Dumbo.

Vrijdag 29 Maart. Onze terugvluchten naar België.

Jawel, het is zover… Vandaag, Goede Vrijdag, onze terugvluchten naar de heimat.

Laatste blik vanuit onze vertrouwde kamer.
Laatste blik vanuit onze vertrouwde kamer.

We voltooien alle formaliteiten in het hotel en we mogen hier ook onze Chevrolet inleveren. Het karretje heeft ons danig gehoorzaamd; het verdient hiervoor nog een knuffel. De afrekenig zal door Europcar binnen een paar dagen doorgemaild worden; dat zijn dus zorgen voor morgen. Kort na de middag wippen we een taxi in, richting airport Cape-Town.

Airport Cape-Town
Airport Cape-Town
Laatste koffietje.
Laatste koffietje.

We zijn nu wel voor 24 uur onderweg met vluchten van Cape-Town naar  Johannesburg, van Johannesburg naar Caïro en van Caïro naar Brussel.

Saluu Cape-Town. Tot volgend jaar...
Saluu Cape-Town. Tot volgend jaar…

Niet echt plezant, maar na deze weeral prachtige Afrikaanse ervaring nemen we dat er met de glimlach bij. In de hoop dit volgend jaar nog eens te mogen meemaken. Insha’Allah! Dag België, dag lieve familie en goede vrienden. We zijn natuurlijk ook gelukkig weer goed en wel in onze vertrouwde biotoop te arriveren.