Voor de verandering en omdat het de laatste dag is ontbijten we niet in ‘t hotel maar rijden we naar het centrum van Plettenberg. Op een centraal door bomen overdekt binnenpleintje is er een Franse bakkerij “Le Fournil”.


De croissants zijn “echter dan echt”. Binst het ontbijt maken we om beurten een evaluatie van de voorbije twaalf dagen. Het resultaat komt hierop neer dat er een hoop hoogtepunten waren en absoluut geen dieptepunten. Het mooiste compliment komt nog van Gilles die nooit gedacht had zich zo te kunnen amuseren bij drie oude mensen. Aan zijn aangezicht te zien meende hij het nog ook.
Wijzelf blijven nog een viertal dagen in het hotel, maar Gilles en Herman moeten nu vlug hun koffers pakken, want de kamer moet tegen 10 uur vrij zijn.

Hun vakantie zit er spijtig genoeg op, en rond 11 uur zetten we koers naar de airport van George.

Onderweg nemen we nog een lichte lunch in “The blue olive” in Wilderness en tegen 15 uur staan de heren gepakt en gezakt aan de check-in balie. Eén van de valiezen weegt 3 kilogram te zwaar, maar de vriendelijke hostess geeft wijze instructies hoe één en ander kan opgelost worden door herschikking en door een paar zaken over te laden naar de handbagage.

Ons rest nu nog een paar zotte fotootjes te maken en afscheid te nemen.


Een beetje pijnlijk, maar ja… Voor de tweede maal blijven wij alleen achter in dit reusachtig land. Op de terugweg naar Plettenberg is het tamelijk stil in het Chevroletje. We maken hier en daar nog een fotostop, zelfs voor een paar wilde ganzen op de baan. En we kunnen ook nog een paar vrienden gelukkig maken met een Cancellara-petje.



Ons rest nu nog tien dagen en vanaf morgen vliegen we er terug in.